Op ongeveer 45 kilometer ten noordoosten van Mahé ligt Praslin, het op één na grootste eiland van de Seychellen. Praslin staat wereldwijd bekend om de Vallée de Mai, een oeroud palmbos dat op de Werelderfgoedlijst van UNESCO staat. Hier groeit de zeldzame coco de mer, de palm met de grootste zaadpit ter wereld. Naast dit unieke natuurgebied biedt Praslin enkele van de mooiste stranden van de Indische Oceaan, zoals Anse Lazio en Anse Georgette. Ondanks een bescheiden toeristische infrastructuur weet Praslin zijn rustige karakter en natuurlijke schoonheid te behouden.
Praslin wordt samen met Mahé vaak gecombineerd met La Digue. Dit kleine charmante eiland ligt ten zuidoosten van Praslin, en is een plek waar de tijd lijkt stil hebben gestaan. Vervoer gebeurt hier voornamelijk per fiets of ossenkar. La Digue is vooral beroemd om Anse Source d' Argent, een van de meest gefotografeerde stranden ter wereld, met granieten rotsblokken, helder water en poederwit zand. De combinatie van traditionele leefstijl, ongerepte natuur en kleinschalige accommodaties maakt La Digue geliefd bij reizigers die op zoek zijn naar rust en authenticiteit.
Naast Mahé, Praslin en La Digue vormen tientallen kleinere binnenlandse eilanden de zogenoemde granieten eilanden van de Seychellen. Deze eilanden – waaronder Curieuse, Félicité, Sainte Anne, Cousine en Île aux Cerfs – liggen verspreid in de relatief ondiepe wateren rondom Mahé en Praslin. Veel van deze eilanden zijn beschermd natuurgebied of een privé-eiland, vaak gericht op ecotoerisme en natuurbehoud. Ze herbergen een rijke biodiversiteit, zowel boven als onder water, en bieden ideale omstandigheden voor snorkelen, kajakken en het spotten van vogels. Samen vormen deze eilanden het culturele en ecologische hart van de Seychellen.